De NPO-documentaireserie Schuldig brengt de Vogelbuurt in Amsterdam-Noord zonder moralistisch commentaar in beeld, schrijft Bas in het Parool van 15 december 2016. 'Het is een van de armste buurten van Nederland, vrijwel iedereen kampt er met schulden. Televisiekijkend Nederland raakte in korte tijd verknocht aan de goedbedoelende wanbetalers, de humane deurwaarder, hulpverleners en de onverwacht redelijke schuldeisers.
Paradox
Maar waarom wonen er in één wijk zo veel arme drommels bij elkaar? Amsterdam-Noord is niet zomaar een stukje Nederland. In datzelfde stadsdeel zijn er nog meer 'Vogelbuurten'. De Van der Pekbuurt, Blauwe Zand, Waterlandpleinbuurt en Floradorp, bijvoorbeeld. Je vindt er vergelijkbare types met dezelfde uitzichtloze schulden.
Hoe kán dat, zo'n arm stadsdeel in dat almaar rijker wordende Amsterdam, waar de welvaart net als de huizenprijzen de pan uitrijst? Waarom dan toch die straatarme buurten? Een paradox. Voor mijn boek Oerknal aan het IJ zocht ik uit waarom Noord zich ontwikkelde tot hét armoede-eiland van de hoofdstad. Wat ik vond, is dat dit het gevolg is van decennialang gemeentelijk sociaal beleid.
Paupers
Ergens begin twintigste eeuw besloot Amsterdam dat de overkant van het IJ niet de geplande luxueuze woonwijk zou krijgen die daar eerst voor was bedacht. In plaats daarvan moest Noord onderdak bieden aan de armen uit de krottenwijken van het centrum. De paupers en asocialen ('ontoelaatbaren') werden in categorieën ingedeeld en verdeeld over tuindorpen en woonscholen. Met duizenden tegelijk verhuisden ze (met verhuispremie) naar Noord - het gebied dat vier eeuwen plaats bood aan het galgenveld van de stad. Voordeel van deze benadering was dat er dan ook geen brug over het IJ nodig was - dit soort mensen hoefde immers niet naar de stad om te winkelen en uit te gaan. Wat ze wel nodig hadden: fabrieken. Deze werden en masse naar het noordelijke deel verplaatst. Zo construeerde de gemeente met zekere voortvarendheid zijn armoede-eiland vol kansarmen en vervuilende industrie - een eeuw lang contragentrificatie.
Empowerment
Inmiddels wonen meer dan negentigduizend Amsterdammers boven het IJ. Noord heeft het hoogste percentage sociale huurwoningen van de stad, bijna zeventig procent. Juist boven het IJ knokt men voor behoud van elke sociale woning. Zo min mogelijk liberaliseren of verkopen, luidt het devies. Woningcorporatie Eigen Haard hanteert een totale verkoopstop van sociale woningen in de wijk Hoge Land, een van de armste buurten van Noord. Corporaties verkopen liever woningen in Centrum, Zuid, Oost en Oud-West, hoewel daar weinig sociale huur over is. Verkopen in deze 'yuppenbuurten' is dan ook niet vanwege 'empowerment' van zwakke wijken, maar omdat het meer oplevert.
Geldproblemen
Ondertussen groeit de segregatie in de stad. De armen blijven op een kluitje wonen - waarbij Zuidoost en Nieuw-West trouwens een aardig deuntje meeblazen. Behalve met geldproblemen kampen de bewoners er bovengemiddeld met problemen met justitie en gezondheid. In zo'n wijk is het best lastig om van een dubbeltje een kwartje te worden. Of succesvol middenstander. In de serie zien we 'dierenwinkel-Dennis' ploeteren. Hij is te goedmoedig om te klagen, maar een eerlijke ondernemerskans krijgt hij niet. De potentiële klanten in zijn buurt zijn straatarm. Zo zet het armoedeprobleem uit de vorige eeuw zich voort in deze eeuw. Amsterdam kent in toenemende mate tweedeling. In de documentaireserie Schuldig lijkt niemand de boosdoener. De hoofdpersonen zijn door omstandigheden in individuele misère beland. In werkelijkheid kijken we naar een door de gemeente en woningcorporaties geregisseerde realitysoap waarvan de slachtoffers niet doorhebben dat ze minder kansen krijgen omdat ze op één hoop zijn gegooid.'
Op 19 januari 2017 is Bas een van de sprekers bij het Debat Hoogbouw: the sky, the limit? De bekendmaking van het stedenbouwkundig plan van de Sluisbuurt vormt de aanleiding voor het voeren van een gesprek over de rol van hoogbouw in het Amsterdam van de eenentwintigste eeuw.